Verschillende soorten bespanmachines

Bespanmachines, groot, klein, handmatig, elektrisch kortom, je hebt er zoveel. Maar welke verschillende soorten zijn er eigenlijk? Wat zijn de verschillen, en de voor-en nadelen? Het grote onderscheid bestaat uit de manier waarop de machine de snaar op het gewenste aantal kilo's trekt. Daarnaast bestaat er onderscheid in het inklemsysteem van het racket en onderscheid in het tangen systeem.

Aanspanmechanisme

Roterend aanspanmechanisme

Beter bekent als slinger of swivel machines, tijdens het ronddraaien blokkeert het mechanisme automatisch bij het bereiken van de gewenste hoeveelheid kilo's. Nadelig van dit aanspansysteem is het na rekken van de snaar. Deze word niet tijdens het bespannen uit de snaar gehaald, wat resulteert in een snellere terugloop van de spanning in de snaar.

Kriksysteem als aanspanmechanisme

Deze aanspanmachine is voorzien van een gewicht. Hoe veder het gewicht naar buiten zit, met hoe meer kilo's u gaat bespannen. Het werkt als volgt: U krikt met de ene hand, met de andere hand houdt u de snelspanner vast tot het gewicht precies horizontaal staat. Op dat moment heeft u uw gewenste aantal kilo's bereikt. Dit is een proces wat aandacht en nauwkeurigheid vereist, wanneer de arm niet precies horizontaal staat krijgt u niet uw gewenste aantal kilo's.

Kliksysteem met ratel als aanspanmechanisme

Bij dit aanspanmechanisme krikt u met 1 hand totdat het gewicht precies horizontaal staat. U heeft dan de gewenste kilo's bereikt. Door het ratelsysteem hoeft u met de andere hand de snelspanner niet vast te houden. Deze machines zijn gebruikersvriendelijker, hebben betere tangen en hebben gratis accessoires zoals kniptangen.

Machines met een spanarm die automatisch blokkeert

(Stringway) Bij deze machines is het niet nodig om te krikken en hoeft het gewicht niet horizontaal te staan. Deze machines hebben een maximale spannauwkeurigheid.

Elektrische machine met roterende snelspanner

Bij deze aanspanmachine draai je de snaar 1 keer om de snelspanner, vervolgends druk je op de knop, de snaar zal nu aangetrokken worden en blokkeert automatisch bij de ingestelde kilo's.

Inklemsysteem

Hier is het onderscheid tussen machines in de wijze waarop het racket wordt geklemd op de machine. Er bestaan machines ben binnen en buiten klemming, die met 5 of 6 punten worden ingeklemd. Het verschil tussen binnen en buiten is dat bij een binnen inklemming minder kans op vervorming plaats vind. Het is belangrijk dat het racket wrijvingsloos weer weg te nemen is uit de machine. Het is tevens belangrijk dat alle soorten rackets op de machine passen.

Tangensysteem

Er bestaan machines met vaste en losse tangen, bij vaste tangen zitten ze aan de machine vast en moeten ze vanaf de onderkant aan 1 snaar op het racket vast gezet worden. Bij losse tanken kun je deze op de onderkant of bovenkant zetten, daarnaast kunnen deze op 2 snaren tegelijk geplaatst worden. Voor de kwaliteit van de bespanning maakt het niets uit of u met losse of vaste tangen bespant. De tangen zelf moeten wel goed zijn, ze mogen de snaar niet laten slippen.

Het ijken van je bespanmachine, wanneer en hoe doe je het?

Iedere tennis- speelster/speler heeft zijn of haar voorkeur wat betreft de spanning van de snaar in het racket. Deze spanning wordt uitgedrukt in kilogrammen, als voorbeeld, een racket met een spanning van 25 kg staan de snaren strakker dan bij een spanning van 20 kg. Maar, hoe zeker weet nu dat, nadat je je racket hebt bespant op jou geliefde 20 kg spanning er ook daadwerkelijk een spanning van 20 kg in is gekomen?

Wat betekend ijken nu eigenlijk?

Onder ijken verstaan we: door meting van bekende standaarden de meting met een instrument op een juiste schaal te brengen. Op deze manier controleren we of de instellingen van de bespanmachine nog juist en correct zijn. Echter, is officieel de term ijken niet geheel juist, zo mag alleen het ijkwezen ijken, in plaats hiervan spreken we over kalibreren. Wat vast stellen van de afwijken betekent.

Wanneer moet een bespanmachine worden gekalibreerd?

Allereerst hangt dit af van het type bespanmachine. Bespanmachines die werken met een gewicht hoeven vrijwel nooit gekalibreerd te worden. Het voordeel van dit type bespanmachines is dat deze werken op de zwaartekracht van het gewicht. En zolang de zwaartekracht niet verandert, blijft ook de kracht die door het gewicht wordt uitgeoefend constant. Electrische bespanmachines en machines met een draaimechanisme moeten wel gekalibreerd worden. Het is raadzaam dit eens per 2 tot 3 maanden te controleren of wanneer er voor gevoel minder kilogrammen in komen. Dit doet u met een spanningstester. Stel een spanning van 20 kg in. Als u nu de spanningsmeter plaatst tussen het aanspanmechanisme en een vaste klemtang en span de snaar aan. Als de spanningstester meer of minder dan 20 kg aangeeft, moet het aanspanmechanisme opnieuw worden afgesteld.

Hoe kalibreert u uw bespanmachine?

Allereerst verwijder de spanningstester en draai de veiligheidsschroef aan de zijkant van de snelspanner los. Draai vervolgens de stelschroef linksom als de gemeten spankracht te laag was, of rechtsom als de gemeten spankracht te hoog was. Draai uiteindelijk de veiligheidsschroef weer vast en controleer nogmaals de spanning met de spanningstester.